Geplaatst op maandag 22 april 2019 @ 10:19 , 227 keer bekeken
21 april 2019 22:01
Laatste update: 12 uur geleden
Het kan zomaar gebeuren: je iPhone wil niet meer opstarten. En dat terwijl de telefoon pas een paar maanden oud is. Reparatie blijkt geen zin te hebben; het toestel moet worden vervangen. Apple biedt een ‘refurbished’ toestel aan: een gereviseerd, opgelapt exemplaar. Moet je dat accepteren?
De wet is daar duidelijk over: je hoeft van een iPhone niet te verwachten dat die al na een paar maanden stuk is.
Apple moet het kapotte toestel dus vervangen door een nieuw toestel. Het aanbieden van een refurbished model is niet voldoende.
Een iPhone zou dus langer mee moeten gaan dan een paar maanden. Dit geldt ook voor veel andere producten, zoals laptops, koelkasten en wasmachines. Maar welke termijn geldt dan? De wet geeft recht op een goed product en je moet het een bepaalde tijd zonder problemen kunnen gebruiken.
Vertoont het eerder en buiten je schuld gebreken, dan heet dat 'non-conform'. Dit geldt ook als het product op een andere wijze niet voldoet aan wat je redelijkerwijs mag verwachten op basis van de koopovereenkomst.
En dat is onder meer afhankelijk van de prijs, het soort product en wat de verkoper je heeft verteld over het product. Er geldt in Nederland echter geen wettelijke garantietermijn.
Het ene product gaat nu eenmaal langer mee dan het andere en ook binnen een productgroep zijn er verschillen in kwaliteit en prijs. Van een goedkope laptop van een onbekend merk kun je niet zo veel verwachten als van een dure laptop van een gerenommeerd merk. De wet geeft dus geen vaste garantietermijn, maar laat het afhangen van het geval.
Voldoet een product niet aan de verwachtingen die je als koper ervan mag hebben, dan moet de verkoper het kosteloos repareren of vervangen.
Laat je bij vervanging niet afschepen met een refurbished product. Je hebt namelijk als reparatie niet mogelijk is, recht op een nieuw exemplaar. De overeenkomst ontbinden en het geld terugvragen kan ook.
Ontbinding of prijsvermindering kan echter alleen als reparatie of vervanging niet mogelijk is, of niet van de verkoper kan worden verwacht, bijvoorbeeld omdat dit hem onredelijk veel geld gaat kosten. Wil je het product houden, beding dan een prijsvermindering.
Consumenten hebben dus een aantal rechten, maar het kan lastig zijn die ook te krijgen. Het begint vaak al met het bewijsprobleem. Daarom bepaalt de wet: als er binnen zes maanden iets mis is met het product, was het waarschijnlijk al bij de koop niet goed. Je hebt dan recht op gratis reparatie of vervanging, tenzij de verkoper kan bewijzen dat het product verkeerd is gebruikt.
De bewijslast ligt dus bij de verkoper. Gaat het product na zes maanden of langer buiten jouw schuld kapot of is er iets mis mee? Ook dan is er recht op gratis reparatie of vervanging, maar alleen als je kunt bewijzen dat je het gebrek niet zelf hebt veroorzaakt. Dan ligt de bewijslast dus bij de consument.
Dit is anders wanneer er ‘extra garantie’ geldt, zoals fabrieksgarantie of bijgekochte garantie. Gaat een product na zes maanden stuk, maar binnen deze extra garantie, dan hoef je meestal niet te bewijzen dat dit buiten je schuld is gebeurd. Het garantiebewijs geeft in zo’n geval aan waar je recht op hebt en voor welke periode.
Door: Consumentengids
Beeld: AFP
Welkom bij Clubs!
Kijk gerust verder op deze club en doe mee.
Of maak zelf een Clubs account aan: